‘Ketens moeten goed zijn voor boeren, klanten en onszelf’
Komend jaar is het 10 jaar geleden dat Royal A-ware begon met het collecteren van melk. Het bedrijf is uitgegroeid tot de op een na grootste verwerker in Nederland en België. Hoe ziet topman Jan Anker de kansen voor het komende jaar? “We blijven investeren.”
Tekst: Bert Kleiboer
Sinds 1 november levert een aantal melkveehouders in het Noord-Spaanse Asturië melk aan het Nederlandse Royal A-ware. Het zijn de eerste leveranciers in een melkstroom voor de fabriek in Salas, die in 2023 is overgenomen van Danone. Hier werden zuiveldesserts gemaakt, Royal A-ware gaat bolletjes mozzarella produceren. “De verbouwing is in volle gang. Op dit moment worden de zuivelinstallaties in de fabriek geïnstalleerd”, zegt bestuursvoorzitter Jan Anker. “Tot de opening, in het tweede of derde kwartaal van 2025, wordt de melk van melkveehouders die met ons willen samenwerken op andere plekken in de regio verwerkt.”
Duurzame en efficiënte ketens
De nieuwe activiteit in Spanje vloeit voort uit de langetermijnstrategie van de onderneming, gericht op een verbreding van het assortiment voor klanten en het uitbreiden van de productie. “Wat wij als ondernemend familiebedrijf doen is duurzame, efficiënte ketens bouwen, samen met klanten en melkveehouders”, zegt Anker. Dat laatste doet de ondernemer nu bijna 10 jaar in Nederland en sinds 2021 in België. Het was oorspronkelijk actief in de handel en verwerking van kaas. “Tien jaar geleden begonnen we met de werving van melkveehouders en sindsdien hebben we hele keten in eigen beheer. Daardoor kunnen we flexibel inspelen op marktontwikkelingen. Het aantal melkveehouders waarmee we samenwerken groeit sindsdien – zowel in Nederland als België – onafgebroken”, aldus Anker. “We zien bij onze klanten een stijgende vraag naar duurzaam geproduceerde zuivel en daarmee dus ook kansen voor ons en onze melkveehouders.”
Goed voor klanten en melkveehouders
Royal A-ware stond aan de basis van het programma Beter voor Natuur & Boer, dat oorspronkelijk is opgezet samen met Albert Heijn. Royal A-ware zette als huisleverancier van de supermarktketen een melkstroom op, met melkveehouders die zich verbinden aan de voorwaarden voor onder meer klimaat, dierenwelzijn (weidegang) en natuur. De voorwaarden worden regelmatig gezamenlijk geëvalueerd en aangepast. Afgelopen najaar hebben de betrokken partijen de eisen bijgesteld, evenals de beloning. Die balans is belangrijk, stelt Anker. “Uiteindelijk moet een melkstroom goed zijn voor onze melkveehouders, onze klanten en voor Royal A-ware. Als één van de drie partijen niet happy is, dan gaat dat niet draaien.”
Beter voor Natuur & Boer is opgezet als een label van Albert Heijn, maar is sinds kort een onafhankelijk keurmerk. Binnenkort gaat Arla Foods in Nederland zijn merk Melkunie ook onder dit keurmerk brengen. Wat vindt Anker daarvan? “Wij zijn een ondernemend familiebedrijf en kijken naar waar we zelf mee bezig zijn en niet naar wat anderen doen. Ik ga ervan uit dat Arla niet voor niets hiervoor kiest. Er verandert niets aan afspraken die wij hebben gemaakt met onze melkveehouders en met onze klanten.”
Meer melkstromen
Beter voor Natuur & Boer is bij Royal A-ware een grote melkstroom, waarbij 450 veehouders zijn betrokken. Anker hecht er echter aan te benadrukken dat zijn bedrijf meer keuzemogelijkheden biedt. Begin 2024 startte Royal A-ware nog een nieuwe, inmiddels zesde melkstroom, Koe Bewust. Deze is met name gericht op de Duitse markt, met voorwaarden die aansluiten bij de dierenwelzijnssystematiek Haltungsform. “Melkveehouders kiezen bij ons de melkstroom die bij hen past. We hechten grote waarde aan vrije keuzemogelijkheden”, zegt Anker. “Elke stroom heeft zijn eigen voorwaarden, die in overleg met de afnemers worden bepaald en een beloning voor extra voorwaarden waaraan de melkveehouder moet voldoen. Het is daarbij ook goed om te beseffen dat niet iedere melkveehouder op dezelfde manier kan verduurzamen. Voor iedereen hebben wij prima afzetkanalen.”
Nieuwe melkveehouders
Royal A-ware is volgens Anker “een groeiende, ondernemende club” en blijft op zoek naar nieuwe melkveehouders. Daarin is de zuivelonderneming bepaald niet de enige, terwijl de veehouderij en de productie van melk in Nederland en Noordwest-Europa onder druk staat. Met name door de politieke onzekerheid over stikstof en mest dreigt zelfs een krimp. Hoe kijkt Anker daar tegenaan? “Ik vind het lastig om daar een concreet antwoord op te geven. De eventuele veranderingen die gaan plaatsvinden houden iedereen in de sector bezig. Maar niemand weet hoe het precies gaat lopen. En als je niet weet waar je aan toe bent, kun je als ondernemer ook niet je sommetjes goed maken”, antwoordt hij. “Het is belangrijk dat er duidelijkheid komt op het politieke vlak en een langetermijnvisie. Want melkveehouders, en ook wij als onderneming, hebben behoeft aan een punt op de horizon.” Anker zou een krimp van de veehouderij betreuren. “We zouden juist trots en zuinig op de sector moeten zijn. De wereldbevolking neemt toe en de vraag naar zuivel groeit mee als basis van een duurzaam en gezond voedingspatroon. Er zijn uiteindelijk maar een paar plekken in de wereld waar je echt goed en duurzaam zuivel kunt produceren en Noordwest-Europa is er één van.”
Investeren
Ondanks de onzekerheid blijft Royal A-ware zoeken naar kansen. De nieuwe activiteit in Spanje is een voorbeeld. “We zijn ondernemers die voor de lange termijn gaan, ontwikkelingen in de markt volgen en flexibel inspelen op kansen.” Ook in Nederland blijft de onderneming investeren. Afgelopen jaar werden de smelt- en rookkaasactiviteiten samengebracht in Lopik. En werden meer dan 30.000 zonnepanelen geïnstalleerd en nieuwe verpakkingslijnen gebouwd bij het kaasopslag- en verpakkingsbedrijf in Almere. Anker: “We blijven investeren in capaciteitsuitbreiding en het efficiënter maken en verder verduurzamen van onze productieprocessen.”
Royal A-ware Food Group
Royal A-ware Food Group omvat bedrijven die actief zijn met handel, productie en verwerking van kaas, dagverse zuivel en andere zuivelproducten. Het Nederlandse familiebedrijf verwerkt op jaarbasis ruim 2,6 miljard kilo melk van ruim 1.500 melkveehouders. Het grootste deel van de productie vindt plaats in Nederland en België. De groep heeft ook productiebedrijven in Italië en Spanje en deelnemingen in kaasproductiebedrijven in Estland en Ierland. Daarnaast zijn er verkoopkantoren in Frankrijk, Spanje, Singapore en de Verenigde Staten. De bedrijvengroep omvat ook een logistieke poot, AB Texel. Volgens de afgelopen september gepubliceerde cijfers was de omzet over 2023 € 3,3 miljard en bedroeg de winst € 82 miljoen. De groep heeft ruim 5.900 medewerkers. Hoewel het jaar bijna ten einde loopt, wil Anker nog niet vooruitlopen op de resultaten over 2024. “Wij doen nooit uitspraken over onze resultaten, tot het moment dat we ze bekend maken.” Wat hij wel wil zeggen: “Voor 2024 verwachten we opnieuw gestegen kosten, maar ook groei van de omzet.”