Belgische zuivel vreest gevolgen krimp melkaanbod
Het zijn turbulente tijden voor bedrijven die actief zijn in zuivel. Het meest opvallend is de stijgende melkprijs. De gemiddelde uitbetaalde melkprijs bedroeg in 2021 38,50 cent, een stijging van 20 procent ten opzichte van het jaar ervoor. “Dit is de op één na hoogste melkprijs in twintig jaar”, aldus de afgevaardigde bestuurder van de BCZ Renaat Debergh. In 2022 liep deze snel verder op. Zo bedroeg de melkprijs voor de eerste vier maanden van 2022 gemiddeld 48,2 cent per liter, een stijging van 40 procent tegenover dezelfde periode vorig jaar.
Tekst: Yves De Groote
De oorzaak van de stijging is het dalend aanbod van melk in de EU: voor het eerst in tien jaar daalde het melkaanbod met 0,6 procent. Debergh zei het schrijnend te vinden dat in de consumentenmarkt de doorrekening van de prijsstijgingen bijna onmogelijk was, terwijl in de b2b-markt en bij export de prijzen wel doorgerekend werden. Dit leidde volgens BCZ tot zware verliezen in de retailmarkt. De wijzigingen in het zuivellandschap zijn hier niet vreemd aan, refereerde Debergh aan het faillissement van een zuivelfabriek (Hollebeekhoeve, overgenomen door A-Ware), een fabriekssluiting (de drinkmelkfabriek van Milcobel in Schoten) en overnames (Olympia en de melkpoederfabriek van FrieslandCampina in Aalter door A-Ware) in België.
Stabiele omzet Belgische zuivel
Desondanks realiseerde de zuivelindustrie vorig jaar een stabiele omzet van € 5,4 miljard (+0,2 procent) en slaagde deze erin de melkverwerking op niveau te houden (4,78 miljard liter). De werkgelegenheid, die de afgelopen jaren toenam, stagneerde in 2021 op 6.152 medewerkers.
De forse daling van de Europese export naar Groot-Brittannië (-18 procent voor kaas en -27 procent voor boter) als gevolg van de Brexit geldt niet voor België, zei Debergh. “Groot-Brittannië is voor ons de vierde belangrijke markt. In 2021 voerden we in volume 29 procent meer uit. In waarde steeg de uitvoer met de helft.”
Meer veelbelovend nieuws voor de toekomst is, volgens de afgevaardigde bestuurder, de stijging van de investeringen van 137 miljoen in 2020 tot € 169 miljoen in 2021. “Een stijging van maar liefst 23 procent en een absoluut record. Eén op de 11 euro die in België wordt geïnvesteerd in de voedingsindustrie komt op conto van de zuivelindustrie.”
Hogere melkprijs?
Tegen de traditie in waagde Debergh zich er dit jaar niet aan om op de jaarvergadering een uitspraak te doen over de melkprijs. “De markt is zo onvoorspelbaar. Over het plafond van de melkprijs durf ik geen uitspraken te doen. Normaal leiden hogere melkprijzen tot extra melkproductie, wat lagere prijzen in de hand werkt. Maar vandaag zien we zelfs met zeer hoge melkprijzen geen echte stijging van de productie aankomen. Het lagere aanbod lijkt in elk geval structureel.”
Stikstofakkoord
En dan is er nog het voorgenomen stikstofakkoord van de Vlaamse overheid dat als een zwaard van Damocles boven de zuivelsector hangt. De zuivelindustrie is het eens met de doelstellingen van de reductie van de stikstofuitstoot, maar is van mening dat deze op een andere manier gehaald kunnen worden. De voorzitter van BCZ en afgevaardigd bestuurder van de Inex Group, Catherine Pycke, ging hier tijdens de jaarvergadering in Court-Saint-Etienne verder op in. “Met innovatie, technologische maatregelen en aanpassingen van de veevoeding kunnen we dezelfde doelstellingen realiseren, maar dan zonder negatieve socio-economische gevolgen voor de melkveehouders en de zuivelindustrie.”
Dit artikel is verschenen in ZuivelZicht 7 2022.
Nog geen abonnee? Klik HIER en profiteer
het eerste jaar van maar liefst 25% korting.
Ze pleitte ook voor verhandelbare stikstofemissierechten, een aanbeveling van het wetenschappelijk PAS-expertenpanel van de Vlaamse overheid. “Verder vinden we het referentiejaar 2015 – dat is acht jaar terug in de tijd als de nieuwe regeling ingaat – geen vorm van goed bestuur. Er zijn inmiddels meer dan duizend melkveehouders gestopt, andere zijn gegroeid en hebben maatregelen genomen”, aldus de voorzitter van BCZ. “Als de Vlaamse regering haar huidige plannen ongewijzigd uitvoert, dan verwachten we dat de melkproductie in Vlaanderen zal dalen met 20 procent. Dit zal een zware socio-economische impact hebben op de melkveehouders en de zuivelondernemingen. Bij ons doemt het scenario van 1989 op, toen een quotumvermindering met 9 procent aanleiding gaf tot een aanzienlijke herstructurering van de zuivelindustrie met overnames en fabriekssluitingen en verlies aan werkgelegenheid in landelijke gebieden als gevolg.”
Lokale zuivelketen
BCZ vraagt de Vlaamse overheid rechtszekerheid te bieden aan melkveehouders zodat deze kunnen blijven investeren en ontwikkelen in duurzame melkproductie. “We moeten onze voedselvoorziening koesteren en veiligstellen”, zegt de BCZ-voorzitter. “Daarom wil ik deze oproep doen aan de beleidsmakers en de stakeholders: koester de lokale voorziening in zuivel. Vanuit de markt zijn er goede perspectieven voor de zuivel in de komende jaren. Laat ons deze kansen benutten met respect voor natuur en milieu èn voor de boer die met passie instaat voor onze voedselvoorziening.”