Polen gaat Nederland voorbij als derde zuivelproducent Europa
Polen heeft oog voor de positie van de landbouw. Voedselzekerheid en zorg om boereninkomens krijgen prioriteit boven extra stappen op gebied van milieu en klimaat. De melkveehouderij- en zuivelsector in het Oost-Europese land zijn bezig met een indrukwekkende opmars.
(Uit ZuivelZicht nr. 3, maart 2025)

Tekst: Jelle Feenstra
De Poolse melkvee- en zuivelsector groeit stevig door. Sinds het land in 2004 tot de EU toetrad, steeg de melkproductie met zo’n 65 procent. De aanvoer van melk lag in 2023 nog 7 procent onder het niveau van Nederland, maar in 2024 produceerde Polen voor het eerst ongeveer evenveel: 13,6 miljard kilo, zo blijkt uit de jongste cijfers van Eurostat. Het is een kwestie van tijd dat Polen uitloopt en als derde grootste Europese zuivelland definitief Nederland achter zich laat. Milieu- en klimaatregels halen de groei in Nederland eruit, terwijl in Polen nog volop ruimte en potentieel aanwezig zijn.
85.000 professionele bedrijven
Polen is acht keer zo groot als Nederland en heeft twee keer zoveel inwoners (bijna 37 miljoen). Het land heeft over 14 miljoen hectare landbouwgrond. Daarvan is 73 procent bestemd voor groente- en akkerbouwgewassen, 22 procent voor blijvend grasland en 2 procent bestaat uit boomgaarden. Het land telt veel kleine landbouwbedrijven. De 1,2 miljoen boeren hebben gemiddeld ruim 11 hectare grond. De totale veestapel in Polen bedroeg in 2023 ruim 6 miljoen dieren, waarvan ruim 2 miljoen melkkoeien. Die worden gehouden op 155.000 bedrijven, waarvan er zo’n 85.000 professioneel melk leveren aan verwerkers. Op de wat professionelere melkveebedrijven worden gemiddeld 44 koeien gehouden.
Grootschalige melkveehouderijbedrijven met meer dan duizend koeien zijn er ook in Polen, waaronder Nederlandse ondernemingen als de Noord-Brabantse Vossen Group en Koepon. Dit najaar is bekend gemaakt dat DeLaval 25 melkrobots levert aan het Poolse melkveebedrijf Fortune, waar 1.400 koeien worden gemolken. Het onderstreept de verdere professionalisering van de Poolse melkveehouderijsector. Toch gaat die ontwikkeling niet snel. “Wat je in Polen veel ziet, is dat beleidsbepalers de groei van grote buitenlandse bedrijven ontmoedigen. Ze hebben liever honderd kleine boeren dan een paar hele grote, want dat levert minder stemmen op”, zegt landbouwjournalist Niels van der Boom, die geregeld het Poolse platteland bezoekt.
Gunstig melkklimaat in Polen
De agrifoodsector is belangrijk voor Polen, met de zuivelsector als de belangrijkste pijler, blijkt uit cijfers van de European Dairy Association (EDA). Polen is een actieve deelnemer in de mondiale zuivelhandel, met een jaarlijkse exportwaarde van ongeveer € 2,3 miljard. Aan de importkant verwerkt het land jaarlijks zo’n € 700 miljoen aan zuivelproducten. Tot de grotere zuivelverwerkers in Polen horen onder andere de coöperaties Mlekovita en Mlekpol en zuivelgroep Polmlek.
Van 2013 tot 2023 steeg de melkproductie jaarlijks met zo’n 2,5 procent. Over dezelfde periode steeg de melkopbrengst per koe jaarlijks met zo’n 3,5 procent. Met een zelfvoorziening in melkproductie rond de 120 procent is Polen een belangrijke exporteur van zuivelproducten als kaas, melkpoeder, wei, boter en yoghurt. De belangrijkste exportbestemmingen binnen de EU zijn Duitsland, Nederland en de Tsjechische Republiek. Buiten de EU gaan er veel producten naar Algerije, Saoedi-Arabië en China, waarbij de export van met name gecondenseerde melk en wei naar China de laatste vijf jaar aanzienlijk is gegroeid.
Productie van West- naar Oost-Europa
De ontwikkelingen in Polen onderstrepen de voorspellingen van het International Farm Comparison Network (IFCN), een wereldwijd zuivelgerelateerd onderzoeksnetwerk. Het IFCN voorspelt een verschuiving van de melkproductie van West- naar Oost-Europa. Door stijgende kosten en klimaatregels neemt de productie in West-Europa af, terwijl landen als Polen met lagere loonkosten en moderne technologieën juist groeien.
In West-Europa, vooral in de EU-15-lidstaten, wordt een afname van de productie van maximaal 9,1 miljoen ton verwacht. In Oost-Europa is de trend tegengesteld. Polen is daarbij de trekker. Dat komt vooral omdat er de nodige vooruitstrevende zuivelbedrijven zijn, die willen investeren in modernere technologieën en verhoogde productiviteit. In andere Oost-Europese landen, zoals Roemenië en Bulgarije, is die technologische vooruitgang er juist amper of niet, wat vaak te maken heef met het ondernemersklimaat dan wel de politieke situatie.
Rabobank onderstreept trend
De Rabobank komt in zijn toekomstvisie op melk- en zuivelproductie naar 2030 tot een soortgelijke conclusie. Voor de 27 EU-landen en het Verenigd Koninkrijk (VK) verwacht Rabobank tot 2030 een jaarlijkse groei in de melkproductie met 0,6 procent. De melkproductie zal volgens de bank vooral groeien in landen als Polen en Italië. In Ierland groeit de melkproductie minder dan afgelopen jaren, terwijl in Duitsland en Nederland de productie daalt. “Hoewel vergrijzing van agrarisch ondernemers en gebrek aan personeel in veel landen belangrijke factoren zijn, worden in Noordwest-Europa door extra wet- en regelgeving de productievoorwaarden verder aangescherpt. Het terugbrengen van CO₂-emissies, meer aandacht voor dierwelzijn en biodiversiteit, leiden tot daling van de melkvolumes. Zo kan de melkproductie in Noordwest-Europa wel eens fors harder dalen dan in andere Europese landen”, voorspelt Rabobank.
‘Mes in de Green Deal’
Sinds 1 januari is Polen de voorzitter van de Europese Unie, als opvolger van Hongarije. Het land heeft ambitieuze plannen met landbouw. Zo wil Polen met de landbouwministers snel een debat voeren over de toekomst van de landbouw. Samen met de plannen die de Luxemburgse landbouwcommissaris Christophe Hansen op 19 februari heeft gepresenteerd, moet dat de opmaat worden naar het Europese landbouwbeleid voor de komende jaren. De Poolse premier Donald Tusk heeft al laten weten dat hij het mes wil zetten in de Green Deal van de vorige Commissie. “Hoe kunnen we concurreren met China of de Verenigde Staten als de energieprijzen in Europa drie keer hoger liggen? Het is belangrijk dat we het milieu een warm hart toedragen, maar er is wel een maar. We mogen onze concurrentiepositie niet verliezen en het continent worden van naïeve en goedgelovige ideeën en mensen. Als wij failliet gaan, kunnen we niets meer doen voor het milieu”, aldus Tusk op 22 januari tijdens zijn openingstoespraak in het Europees Parlement. Wat betreft voedselzekerheid pleit hij voor het verlichten van de lasten voor boeren. De veerkracht vergroten, de inkomens opkrikken en de voedselzekerheid beter garanderen, zijn punten die zijn onderstreept in het werkprogramma onder Pools voorzitterschap.