Zuivel 2021-2031: minder koeien, meer melk en groei afzet buiten EU

‹ Terug naar overzicht

Zuivel 2021-2031: minder koeien, meer melk en groei afzet buiten EU

Geplaatst op:

Het tempo vlakt af, maar de productie van zuivel in de EU blijft groeien: een half procent per jaar. De extra melk vindt zijn weg via export naar de wereldmarkt en een aanhoudende vraag houdt de melkprijs op niveau. Dat is de verwachting voor het komende decennium in de Agricultural Outlook 2021-2031, die de Europese Commissie in december publiceerde.

 

Tekst: Bert Kleiboer

Supermarkt in Zuid-Korea. Stijgende consumptie in Azië en Afrika zorgen voor aanhoudende vraag op de wereldmarkt. (Foto: Heorshe / Alamy Stock Photo)

Met minder koeien meer melk. Volgens de EU-Agricultural Outlook van de Europese Commissie zal het aantal koeien in 2031 met 1,5 miljoen stuks zijn afgenomen. Gemiddeld stijgt de melkgift van de Europese koeien met 1,2 procent. Daardoor blijft de totale melkplas groeien met ongeveer 0,5 procent per jaar. Het volume komt uit op 162 miljoen ton in 2031.

De groei van de melkproductie in de EU is groter dan die in Nieuw Zeeland (+0,2 procent), maar kleiner dan die in de Verenigde Staten (+1,2 procent). Die sterkere Amerikaanse groei zal zorgen voor wat spanningen op de internationale markten voor grondstoffen.

Wereldwijd zal het aanbod groeien. De extra melk van de drie grootste exportblokken is op wereldschaal relatief beperkt. Ze zijn samen goed voor (slechts) ongeveer 13 procent van de verwachte wereldwijde toename tussen 2021 en 2031. Ontwikkelende landen zullen harder groeien, voornamelijk gedreven door de toename van de veestapel. Dat laatste is volgens de Agricultural Outlook aanleiding voor zorgen over de duurzaamheid van die productiesystemen en de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen.

Export zuivel naar wereldmarkt belangrijker

Het extra aanbod in de EU kan slechts beperkt binnen de EU worden afgezet. De Europeanen consumeren al veel zuivel, er is beperkt ruimte voor groei. Volgens de prognose van de EU groeit het exportaandeel van 15 procent in 2021 naar 17 procent over tien jaar. De EU blijft daardoor de grootste zuivelleverancier op de wereldmarkt, met een aandeel van 30 procent van de wereldwijde zuivelhandel in 2031. De nummers 2 en 3 zijn Nieuw-Zeeland en de Verenigde Staten.

Ontwikkeling melkveestapel (conventioneel en biologisch) en melkproductie per koe in de EU (Melkproductie x 1.000 kg/koe, veestapel x 1 mln dieren).

De vraag naar zuivel groeit het sterkst in Azië (exclusief India), met een gemiddelde toename van meer dan 17 procent per jaar. Dat komt met name door de stijgende inkomens en de verwestersing van het voedingspatroon. Azië wordt gevolgd door Afrika, met +14 procent per jaar. 

Verdubbeling biologische productie 

De Outlook voorspelt een groter marktaandeel voor melkstromen op basis van extra toegevoegde waarde. Het aandeel van de biologische melkproductie zal naar verwachting verdubbelen: 8 procent in 2031 tegen 3,5 procent in 2019. 

De vraag naar ‘bio’ neemt wereldwijd toe, volgens het EU-rapport. Dat is zichtbaar in het supermarktaanbod en daarnaast is er ook groei op de foodservicemarkt. Voor dat laatste noemt het rapport als voorbeeld grote fastfoodketens, die steeds vaker biologische ingrediënten kiezen. 

Dit artikel is verschenen in ZuivelZicht 1 2022.
Nog geen abonnee? Klik 
HIER en profiteer
het eerste jaar van maar liefst 25% korting.

Wereldwijd heeft de Verenigde Staten de grootste biologische voedselmarkt. De verwachting is dat China op dit terrein sterk groeit, met dubbele cijfers. Er is daar bijvoorbeeld een groot potentieel voor biologische zuigelingenvoeding.

Traditionele biologische zuivelproducten profiteren het meest van de groeiende vraag naar biologisch. Het potentieel is groot, aangezien het aandeel in het retailaanbod nog klein is; variërend van 1,5 procent in kaas tot 6 procent in consumptiemelk en zure melkproducten. De mogelijkheden voor poeders blijven beperkt, omdat het rendement op investeringen in verwerking beperkt is bij de huidige volumes. Dat verandert als het marktsegment groter wordt. 

Kaas blijft het grootst

Net als in het verleden zal de productie van kaas naar verwachting het meest profiteren van de extra EU-melk die in de periode tot 2031 zal worden geproduceerd. Er wordt een jaarlijkse groei van 0,7 procent voorzien, waardoor het aandeel op bijna 40 procent uitkomt. De waarde ervan komt uit op € 40 miljard. Mager melkpoeder en weiproducten groeien ook.

Prognoses voor de ontwikkeling van de aanbod, import/export en de prijsontwikkeling voor melk en enkele zuivel­producten, afkomstig uit ‘EU ­agricultural ­outlook for ­markets, income and environment 2021 – 2031’. Het rapport is te vinden op de website van de Europese Commissie.

De toename van de kaasproductie kan worden opgevangen met export (+3 procent per jaar). De EU blijft daardoor de grootste kaasexporteur op de wereldmarkt. De ontwikkeling van de consumptie binnen de EU vlakt af. In 2021-2031 wordt meer dan de helft (57 procent) van de kaasproductie geëxporteerd. 

Lees ook: Royal A-Ware wil kaasproductie in Heerenveen uitbreiden

Verse zuivel en boter

De productie van verse zuivel is stabiel. Ook voor deze categorie wordt een toename van de uitvoer verwacht, ongeveer 1,8 miljoen ton in 2031. Binnen de EU neemt de consumptie af, al is de daling in de komende tien jaar minder sterk dan in het afgelopen decennium: gemiddeld -0,2 procent per jaar tegenover -0,5 procent. Dat laatste is te danken aan de populariteit van biologische en andere bijzondere producten, die de consumptie van melk en yoghurt lijken te ondersteunen. Daarnaast leidt de grotere belangstelling voor thuis koken tot betere verkopen van room.

Voor boter wordt een productiestijging van gemiddeld 0,4 procent per jaar verwacht. Binnen de EU blijft de vraag relatief stabiel (0,2 procent per jaar). Er is ruimte voor export doordat de mondiale boterhandel blijft toenemen en doordat de groei in Nieuw-Zeeland beperkt is. Voor de EU wordt een plus in de export naar de wereldmarkt verwacht, 1,5 procent per jaar. 

EU blijft concurrerend in poeders 

De productie van melkpoeders blijft ook toenemen, zij het minder sterk dan in 2011-2021. Voor die verwachting zijn verschillende redenen: zowel een aanhoudende vraag naar hoogwaardige ingrediënten in de EU als een tekort aan binnenlandse melkproductie in landen met een groeiende consumptie. Als gevolg hiervan kan de EU haar positie handhaven in wereldwijde mager melkpoeder (SMP), weipoeders (beide meer dan 30 procent) en vol melkpoeder (WMP) (12 procent). Voor mager melkpoeder komt de belangrijkste stimulans van export, met een gemiddelde plus van 1,8 procent per jaar. Interne vraag binnen de unie ondersteunt de productiegroei in weipoeders en volmelkpoeder. 

EU-prijs voor rauwe melk stijgt 

De Outlook gaat ervan uit dat de duurzaamheidstrends wereldwijd zorgen voor een toenemende vraag naar producten met toegevoegde waarde. Dat geldt voor eindproducten zoals kaas en verse zuivelproducten, maar ook voor grondstoffen. De verwachte marktontwikkelingen leiden tot een stijging van de prijs van rauwe melk in de EU (tot gemiddeld circa € 39/ton). Hogere opbrengstprijzen zijn ook nodig om stijgende kosten voor onder meer energie en voer te compenseren.