Danone streeft naar minder methaanuitstoot
Danone België is van plan de uitstoot van methaan, die verband houdt met de zuivelproductie, met nog eens 30 procent te verminderen tegen 2030. Tussen 2018 en 2020 is de methaanemissie al met 14 procent verminderd. Danone is naar eigen zeggen het eerste zuivelbedrijf ter wereld dat een dergelijk doel stelt.
Het voedingsbedrijf wil meehelpen de klimaatopwarming tot 1,5°C beperken door de uitstoot met nog eens bijna een derde terug te brengen. België speelt een belangrijke rol bij het behalen van de doelstellingen. Een test met methaanremmer Bovaer heeft al geleid tot fors minder methaanuitstoot, terwijl de kwaliteit en samenstelling van de melk onveranderd zijn gebleven. De komende jaren zal de methaanuitstoot van de veestapel daardoor tussen 20 à 40 procent dalen, aldus Danone België.
Fabriek in Schotland
Voor de productie van de methaanremmer is in opdracht van eigenaar DSM inmiddels met de bouw van een fabriek in Schotland gestart. Bovaer wordt op dit moment breed in de sector getest. Er lopen pilots met onder meer Arla Foods, FrieslandCampina, Groupe Bel en de Finse zuivelcoöperatie Valio. Danone produceert in de fabriek in Rotselaar voor heel Europa Actimel met melk geleverd door Vlaamse boeren. Danone wint hier in de zuivelfabriek tot 75 procent van het gebruikte water terug. Met de eigen waterzuivering bespaart de locatie in Vlaanderen 500 miljoen liter water per jaar.
Danone heeft in België de afgelopen jaren samen met melkveehouders verschillende initiatieven in het kader van regeneratieve landbouw genomen. Het zuivelbedrijf is in 2017 begonnen met het berekenen van de individuele koolstofvoetafdruk per melkveebedrijf. Bovendien kent het bedrijf sinds 2019 bovenop de melkprijs een extra premie toe aan producenten die voldoen aan criteria voor duurzame productie.
Hernieuwbare energie
Danone werkt tevens samen met melkveehouders aan het omzetten van koemest in hernieuwbare energie met biovergisters. In samenwerking met de Bodemkundige Dienst België (BDB) heeft Danone daarnaast een bodemgezondheidsproject opgezet. Het afgelopen jaar zijn bij meer dan 50 aangesloten melkveehouders bodemmonsters genomen om de koolstofopslag te meten en zo te begrijpen waarom bepaalde percelen beter koolstof opvangen dan andere.