Hoge duurzaamheidsscore? Betere economische prestatie
Als melkveebedrijven worden gerangschikt op basis van een integrale duurzaamheidsscore blijkt dat de 25 procent van de bedrijven met de hoogste score ook betere economische prestaties realiseren dan de overige 75 procent. Een lage kritieke melkprijs bij een hoge duurzaamheidsscore is daarentegen lastig te verklaren.
De kritieke melkprijs van de 25 procent beste bedrijven is echter beduidend lager. Wat hierachter schuilgaat, is ook na een nadere analyse niet geheel duidelijk. Dit komt naar voren uit een uitkomst van een quickscan op Agrimatie Wageningen University & Research. Deze scan geeft inzicht wat er met de data uit het Bedrijveninformatienet zoal mogelijk is.
Integrale duurzaamheidsscore
Voor een analyse zijn gespecialiseerde melkveebedrijven gerangschikt op hun integrale duurzaamheidsscore op basis van een selectie van duurzaamheidskengetallen in het Bedrijveninformatienet. Bedrijven die minder dan 300.000 of meer dan 3 miljoen kilo melk produceren en extensieve bedrijven met minder dan 10.000 kilo melk per hectare en intensieve met meer dan 25.000 kilo melk per hectare zijn niet in de analyse meegenomen.
Hoger inkomen
Uit de analyse blijkt dat de 25 procent bedrijven met de hoogste duurzaamheidsscore een significant hoger inkomen per onbetaalde arbeidsjaareenheid een lagere kritieke melkprijs en lagere voer- en gezondheidskosten hebben vergeleken met de overige bedrijven.
Ook zijn deze 25 procent beste bedrijven financieel robuuster getuige de significant hogere solvabiliteit. De 25 procent beste bedrijven hebben gemiddeld ook een lagere kostprijs en 10 procent lagere langlopende schulden per kilo melk, maar deze verschillen zijn niet aanzienlijk. Hetzelfde geldt voor de iets lagere melkproductie per arbeidsuur.
Beter presteren op vier thema’s
De 25 procent bedrijven met de hoogste duurzaamheidsscore presteren op de vier duurzaamheidsthema’s – Klimaat en Energie, Weidegang, Diergezondheid en Dierenwelzijn, en Milieu en Biodiversiteit – gemiddeld beter dan de overige bedrijven. Ze laten daarmee zien dat goede prestaties op het thema Klimaat bijvoorbeeld samen kunnen gaan met goede prestaties op Diergezondheid of Weidegang. Er zijn verschillen in de structuur van beide groepen melkveebedrijven.
De 25 procent bedrijven met de hoogste score hebben gemiddeld drie melkkoeien minder en 2 hectare meer en zijn daardoor aanzienlijk extensiever in kilogrammen melk per hectare. Er zijn geen significante verschillen in de opvolgingssituatie tussen de twee groepen. Kleinere en extensievere bedrijven scoren gemiddeld beter op Biodiversiteit en Weidegang. Grote en intensieve bedrijven beter op Klimaat en Energie.