Melkproductie EU stabiel
De melkproductie in de Europese Unie is tegen de verwachting in vrij stabiel gebleven in 2022. Volgens de Europese Commissie heeft niet een lagere productie gezorgd voor een vermindering van de beschikbaarheid voor verwerking, maar moet de oorzaak worden gezocht in lagere vet- en eiwitgehalten.
De waarde van de EU-zuiveluitvoer heeft vorig jaar een recordhoogte bereikt, maar is wel gedaald in volume. Dit is het gevolg van hoge EU-prijzen, beperkte aanbod en lagere Chinese invoer. Anderzijds is het zuivelgebruik in de Unie licht toegenomen ondanks de stijgende voedselinflatie.
2023: meer koeien geslacht
Het aantal te slachten koeien zal dit jaar vermoedelijk toenemen in reactie op de dalende prijzen voor rauwe melk. Die zijn gedeeltelijk te compenseren dankzij stijgende melkprijzen (bij normale weersomstandigheden). Hoewel de melkleveranties in de EU met 0,2 procent dalen is de verwachting dat de beschikbaarheid van verwerkte melk stabiel kan blijven door hogere eiwit- en vetgehaltes.
Voorkeur voor kaas
De verwerking van kaas en wei zal naar verwachting de voorkeur krijgen van de industrie, dankzij EU-exportmogelijkheden en een relatief stabiele binnenlandse kaasconsumptie. De productie van boter en magere melkpoeder kan dalen als gevolg van de groter dan gebruikelijke voorraden. Daarmee zijn de stijging van de uitvoer en het binnenlands gebruik gedeeltelijk voor een deel op te vangen. De algemene verwachting is dat het zuivelgebruik in de EU enigszins zal verschuiven naar producten van lagere kwaliteit. Dat kan eerder consequenties hebben voor de waarde dan het totale volume. Het herstel van de vraag vanuit China kan een belangrijke factor zijn voor de groei van de EU-export.